Nieuwe reddingsvesten
Voor onze dochter kopen wij trouw elk jaar een goed nieuw reddingsvest. Veiligheid voorop! Wat we 12 jaar lang echter verzuimd hebben is om voor onszelf nieuwe reddingsvesten aan te schaffen. Noem het laconiek, noem het dom of noem het onverantwoord…
Elke keer als we op de boot komen, en de oude reddingsvesten weer tevoorschijn toveren balen we dat we weeeeer geen tijd hebben genomen om een paar nieuwe veilige exemplaren te scoren…
NU gaan we écht nieuwe kopen!
Maar waar moet je eigenlijk op letten?
5 basistips bij het kopen van een reddingsvest (voor mensen met een motorboot):
- Ga thuis eerst even op de weegschaal staan (met je kleding aan!) zodat je precies weet wat je gewicht is.
- Kijk goed naar hoeveel gewicht (maximaal) het vest kan dragen (liever teveel dan te weinig, anders zak je nog als een baksteen naar beneden…).
- Vaar je alleen op rustig binnenwater of ook op de (wilde) open zee, check dan goed welk drijfvermogen (N= Newton) je het beste kan gebruiken.
- Veel watersportzaken adviseren op rustig binnenwater een 100N vest, maar de KNRM adviseert een 150N (voor o.a. zeilers en beroepsvaart, en op open zee zelfs een 275N!)
- Er zijn verschillende type reddingsvesten: van de oranje vaststof versie tot een reddingsvest met (ingebouwd) harnas dat zich automatisch opblaast bij aanraking met water.
Bij een automatisch reddingsvest moet je rekening houden met mogelijke extra kosten: gaspatronen, onderdelen in het ontstekingsmechanisme (vervanging bij verloop productiedatum fabrikant), en een keuring (zelf uit te voeren of door een erkend bedrijf).